Santiago, Dag 2

Verslag van de pelgrimgangers op weg naar Santiago de Compostela  9 augustus 2003

Dag  2.      Schinnen - de Planck - Val Dieu - Limbourg - Stoumont - Lierneux - Sart - Baraque de Fraiture

Gereden kilometers  146 km.        Rijtijd:     6.20 uur  gemiddeld 24 km/uur

Om 5 uur worden we gewekt door Lies en Gerrit. Wij gaan ons opmaken voor de tocht en zij maken een uitgebreide ontbijttafel klaar met lekkere broodjes en veel thee. Tijdens het ontbijt wordt Gert toegezongen door de groep voor zijn 54e verjaardag. De morgenstond heeft goud in de mond, maar een onverlaat maakt ervan dat in deze morgenstond zalf aan zijn kont zit.

Om half 7 vertrekken we. Gerrit rijdt voor ons uit tot het dorpje Klimmen. Wij klimmen ook goed bij de Planck over de Belgische grens. Onze eerste stop is bij de Abbaye Val Dieu. We bewonderen deze prachtige abdij, waar de monniken o.a. Val Dieu bier maken. In de kerk klinkt serene muziek. Na een pittige klim komen we in het oude stadscentrum van Limbourg. We proberen te recupereren met onze meegenomen koolhydraat vloeistoffen.

De volgende klimmen zijn bij La Reid , Stoumont  en Haute –Desnië. We zitten dan op 525 meter. Gijsbert heeft een lunch klaargemaakt in het veld: soep, broodjes met ham en kaas, veel melk en karnemelk, als dessert heerlijke kersen en mandarijnen. Tijdens de lunch klinkt muziek van Gosponi  "je te chante Dieu Saint" vanuit de autospeakers.

Na een lange afdaling gaan we over een slecht wegdek 20 km langs een  riviertje rijden met veel vals plat. Oververhit drinken we veel glazen ijskoude Lipton Ice in Lierneux. Daarna dalen we af naar Sart waar Gijsbert voor een camping staat te wachten. We kiezen echter voor een camping 10 km naar het westen met een restaurant en zwembad op de Baraque de Fraiture. Adriaan waarschuwt voor een venijnige klim. Er wordt niet naar hem geluisterd: na 10 km komen we op het hoogste punt van de Ardennen. Onderweg blijken zowel de Opel Movana en Gijsbert oververhit. De plaatselijke Wegenwacht kan de auto niet maken. We zoeken nu een priester, want alleen de fietsen zijn gezegend maar niet onze auto……

Adriaan maakt de eerste val op het grind van de camping, maar door zijn speciale valtechniek is niets beschadigd. De Opel is inmiddels wat afgekoeld, Gijsbert nog niet, toch brengt hij later met de auto onze spullen nog op de camping.

We slapen vannacht op een zeil, buiten onder de sterrenhemel. De rector heeft verteld dat pelgrims onderweg de tentstokken niet te vast moeten slaan, dus wij zetten nu maar helemaal geen tent op. Maar eerst gaan we aan het diner ter ere van Gert, hij biedt ons dat eten aan. Voorgerecht is meloen met ham, hoofdgerecht lamskoteletten met frietjes, toetje Coupe de Fraiture. We besluiten met een kop koffie. Tijdens het eten is Gijsbert nog steeds afwezig, bezig met zijn evacuatieplan. De hele avond staan de telefoonlijnen van Opel-assistance en Multi-rent roodgloeiend.

Besloten wordt het probleem van de auto te verschuiven naar maandag en de auto morgen direct van de camping naar de volgende overnachting te rijden. De fietsers zijn daarom morgen op zichzelf aangewezen voor wat betreft de proviandering tijdens de 3e etappe.

Na het eten gaan we richting bus waar de chaos pas echt toeslaat. Iedereen is op zoek naar zijn eigen matje, kussen en slaapzak. Die van mij kan niet missen, ik heb een Palestijnse mat te leen gekregen, eentje die zich zelf opblaast. Daar slaapt tegenwoordig de hele wereld op. Lambert had een geel kussen te pakken, iedereen heeft gele kussens mee. Na een half uur rommelen hebben we toch onze plek gevonden. Ik maak nog een laatste foto van het zooitje ongeregeld, neem nog een neut en kijk welke slaapzak er voor mij is overgebleven.

Tot morgen.