Rome, Dag 11

22 augustus 2005 - Cremona, Italië

Dagverslag van de pelgrimgangers op weg naar Rome.   Maandag 22 augustus 2005

Dag  11.       Colico- Bellagio-  Lecco- Terviglio- Crema-  Cremona

Gereden:  172  km.       Rijtijd:  6,46 uur     Gemiddeld:  26.6 km/uur

Niet alleen de renners waren versleten, alle remblokken van de fietsen zijn gisteren vervangen. We vertrekken om 8.00 uur van het hotel, met 21 km voor de boeg moet de veerpont in Bellagio van 9.35 te halen zijn. We vertrekken als een speer en het is droog weer voor de verandering. De weg voert langs het Comomeer en de uitzichten zijn prachtig. Soms zijn er ook tunnels, waar we niets zien. In de tunnel zijn we een beetje huiverig voor al het autoverkeer dat op hetzelfde wegdek ook probeert de andere kant van de berg te bereiken. We zijn al om 9.05 bij de veerpont, remmen te laat en komen op de veerboot tot stilstand. Gijsbert mist met de volgauto deze veerpont, hij moest de hotelrekening nog betalen. Gijsbert is in ons teleurgesteld, want hij had van ons verwacht dat we de veerpont gemeenschappelijk zouden nemen. Tijdens de koffie in Lecco biedt Gert, namens de fietsers,  excuses aan voor het feit niet, volgens afspraak, gezamenlijk de veerboot genomen te hebben. 

Na de koffie besluiten we de route langs de rivier de Adda te nemen. Het is niet aan te bevelen deze gravelpad-route te nemen als het heeft geregend maar het weer is vandaag goed. we nemen we de gok. Het traject langs de Adda is zeer mooi en rustig, hier en daar moeten we wel een flinke modderpoel omzeilen. De verharding bestaat grotendeels uit sintels en zand maar er zitten niet te veel kuilen in. Omdat we vandaag een behoorlijke afstand willen afleggen, besluiten we ook een stuk provinciale weg te nemen. Op de kaart is echter niet te zien dat er enorme pukkels in zitten, waardoor ook dat niet opschiet. We hebben gisteren genoeg geklommen, dus dalen weer snel af richting de Adda. Tijdens het rijden langs het water zien we alleen maar vissende mannen en vragen ons tijdens het pedaleren af waarom dit zo specifiek door mannen wordt gedaan. Je ziet nooit een vrouw vissen, die gaan liever winkelen. We mijmeren tijdens het fietsen nog even door over dit natuurverschijnsel en zitten voor we het weten al met 80 km op de teller. In het laatste deel zaten een tweetal waterkrachtcentrales, indrukwekkend om er zo dicht langs te rijden. Zonder dat we er erg in hebben, hebben we de bergen verlaten en het landschap wordt steeds vlakker. Ondertussen is het weer licht gaan regenen. We trappen nog een 20 km door naar de lunch in Treviglio. Hoe harder we trappen hoe harder het gaat regenen. Als we bij de bus aankomen zijn we doornat en nemen plaats onder een boom. Na de lunch blijven er nog 60 km om weg te trappen. Na een half uur stappen we weer op, met de regenjassen aan. 

Het verschil met Zwitserland is groot. In Italië zijn de wegen een stuk slechter, het onderhoud laat sterk te wensen over. En als het gerepareerd is, is het verschil met het oude wegdek goed te merken, vooral aan de kont. Gert heeft zijn dag vandaag, hij weet niet alleen op slinkse wijze verschillende chicanen te ontwijken, na het telefoneren weet hij ook nog zijn bril terug te vinden in het gras. Door de regen was zijn bril beslagen en hij had de bril in zijn rugzak gestopt. Wat een geluk dat hij tijdens het fietsen  toch nog even controleerde of de bril in de rugzak van zijn fietsshirt zat. Er moest enkele kilometers terug gefietst worden en jawel de bril lag inderdaad nog in het gras. Zonder bril zou de pelgrimage naar Rome erg moeilijk  geworden zijn.

Het telefoontje was van onze Rome-reisbegeleider, die al vlak bij Cremona staat en vaststelt dat het daar droog is. Wat doen we: camping of hotel? De meerderheid is voor hotel maar Gijsbert gaat het toch proberen op de camping. Maar als wij naderen met de regenbui op onze hielen besluiten we toch het zekere voor het natte te kiezen.

Van de lunch naar Crema zijn 20 km en daarna nog 45 km naar Cremona, onze eindbestemming voor vandaag. We hebben dan het “verlies” van gisteren weggefietst. Het is echt beuken geblazen, de wind valt wel mee maar het water valt rijkelijk uit de lucht. Het verkeer dat langsrijdt besproeid ons met het water wat toevallig naast ons terecht is gekomen. Op deze manier krijgen we dus de vochtigheid van het gehele wegdek over ons heen. Voor de aankomst in Cremona hebben wegwerkers nog een stuk van 3 km het asfalt weg gefreesd, waardoor het tempo nog iets terug moet. We rijden Cremona binnen en rijden naar het centrum waar we een onderdak vinden in Hotel Continental. De fietsen mogen vannacht ook binnen slapen en we kunnen nog iets van de prijs afpraten. Na vertoon van legitimatie stappen we in de lift, op weg naar de douche. 

Foto’s